Chronische Lymfatische Leukemie (CLL)

Wat is het?
Chronische lymfatische leukemie (CLL) is een vorm van bloedkanker die in het beenmerg ontstaat. Chronisch betekent dat de ziekte voor lange tijd is. Het beenmerg is een sponsachtige stof in de botten. Hier worden verschillende bloedcellen gemaakt. Rode bloedcellen zorgen voor het vervoer van zuurstof in het lichaam. Witte bloedcellen spelen een rol bij de afweer. Bloedplaatjes zorgen voor het stollen van het bloed. Bij CLL wordt een soort witte bloedcellen anders dan normaal. De cel wordt kwaadaardig. Witte bloedcellen zijn belangrijk bij het afweersysteem. Vaak worden de B-lymfocyten kwaadaardig. CLL ontstaat langzaam en hoeft vaak voor een lange tijd niet behandeld te worden. Als behandeling wel nodig is, kan ook deze fase nog jarenlang duren.  

Hoe ontstaat CLL?
CLL ontstaat vaak in de B-cellen (B-lymfocyten). Dit zijn witte bloedcellen die zorgen voor de afweer in het lichaam. De B-cellen zitten in het hele lichaam; in de lymfeklieren, het bloed, de milt, de lever en in het beenmerg. Bij CLL gaat er iets mis tijdens de groei van de B-cellen. Deze ongewone cel lijkt niet meer op de normale cel. De cellen zijn kwaadaardig geworden. Normale cellen gaan na een tijdje vanzelf dood. Dat gebeurt bij deze ongewone cellen niet meer. De kwaadaardige cellen blijven delen, waardoor er steeds meer cellen in het bloed komen. Uiteindelijk zitten er teveel kwaadaardige cellen in het lichaam. De cellen hopen ze zich op in de lymfeklieren, de milt of de lever. Meestal ontstaan dan pas de klachten van de ziekte. CLL is de meest voorkomende soort van leukemie. De meeste mensen zijn ouder dan 60 jaar als ze de diagnose krijgen.

Er zijn ook nog andere vormen van CLL. Zo bestaat er een vorm waarbij de kwaadaardige cellen alleen in de lymfeklieren gaan zitten. Dit is een kleincellig lymfocytair lymfoom (SLL). Mensen met een kleincellig lymfocytair lymfoom (SLL) krijgen dezelfde behandeling als mensen met CLL. In sommige andere gevallen worden de T-cellen kwaadaardig. Dit is een zeldzaam type chronische lymfatische leukemie. Het wordt ook wel T-LGL genoemd.

Oorzaak CLL
Er zijn geen duidelijke risico’s voor CLL. De ziekte is niet erfelijk. Toch komt CLL in sommige families vaker voor dan in andere families. De kans op het krijgen van de ziekte lijkt wat groter als er iemand anders in je familie lymfeklierkanker of leukemie heeft. Hoe dat precies zit, is nog niet duidelijk.

Symptomen
CLL geeft pas na lange tijd klachten. Vaak wordt de ziekte toevallig ontdekt. Dit gebeurt bijvoorbeeld als het bloed voor iets anders onderzocht wordt. Er zitten dan te veel witte bloedcellen in het bloed. Vaak wordt dan vervolgonderzoek gedaan. De eerste klachten (symptomen) zijn meestal erg algemeen. Symptomen zijn dan vermoeidheid, slechte weerstand of een opgezette lymfeklier. De symptomen van CLL worden pas echt duidelijk als de ziekte al langer actief is. De ongewone, kwaadaardige cellen hebben zich dan opgehoopt in het lichaam. Ook kunnen ze zich in het beenmerg nestelen. Dat is de plek waar gezonde nieuwe cellen worden gemaakt. Als er teveel kwaadaardige cellen in het beenmerg zitten, is er geen ruimte meer voor nieuwe cellen. Zo kun je te weinig andere ‘normale’ witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes krijgen.

De klachten die kunnen ontstaan bij CLL zijn;

  • Ontstekingen: door te weinig normale witte bloedcellen;
  • Vermoeidheid: door te weinig rode bloedcellen;
  • Bloedingen en blauwe plekken:; door te weinig bloedplaatjes;
  • Opgezette lymfeklieren, milt en lever: door ophoping van kwaadaardige B-cellen;
  • Nachtzweten;
  • Gewichtsverlies
Sluit de enquête