(Interventie-)Radiologische behandeling bij leverkanker

Interventieradiologie is een medische handeling door een interventieradioloog. De behandeling in het lichaam van een patiënt vindt plaats via een klein aanprikgaatje in de huid. De interventieradioloog kan de behandeling zien en controleren met beeldvormende technieken zoals röntgendoorlichting, echografie, CT en MRI. Het is  belangrijk dat uw leverfunctie goed genoeg is om deze behandelingen aan te kunnen. Uw leverfunctie wordt ook na de behandeling gecontroleerd. Voor deze behandelingen wordt u meestal in totaal 2-3 dagen opgenomen in het ziekenhuis.

Ablatie
Ablatie is een behandeling die wordt toegepast wanneer de tumor hiervoor geschikt is. Net zoals bij een operatie, is ook bij ablatie het doel de tumor volledig te verwijderen. Met behulp van beeldvorming (echo of CT-scan) wordt de exacte plaats van de tumor bepaald. Daarna wordt een speciale ablatie-naald (soms zijn dit er 2 of 3) door de huid in de levertumor geprikt. Na activatie van de naald wordt het omliggende weefsel rondom de naald sterk verwarmd. Hierdoor sterven de tumorcellen af. Om de kans te vergroten dat alle tumorcellen behandeld worden, wordt vaak een rand van 0.5-1 cm van het normale omliggende leverweefsel mee behandeld (net zoals bij een operatie). 

TACE (Trans Arteriële Chemo Embolisatie)
Bij een TACE vindt lokale behandeling van de tumor of tumoren plaats met kleine bolletjes die geladen zijn met chemotherapie. Deze behandeling is in de meeste gevallen niet genezend, maar bedoeld om de tumorgroei te remmen. Bij TACE wordt door de radioloog een slangetje in een groot bloedvat in de lies ingebracht om via de  de leverslagader zo dicht mogelijk bij de tumor(en) te komen, waarna een contrastmiddel wordt ingespoten. Met behulp van röntgenfoto's wordt bepaald waar de behandeling precies moet plaatsvinden. Op deze plek worden vervolgens de chemotherapie-bolletjes  ingespoten. Deze bolletjes lopen uiteindelijk vast in de kleine bloedvaatjes in de tumor en zorgen  ervoor zorgt dat de toevoer van bloed naar de tumor wordt verminderd en ter plaatse een hoge dosis chemotherapie aan de tumor wordt afgegeven. 

SIRT (selectieve interne radiatie therapie)
Selectieve Interne Radiatie Therapie (SIRT)  wordt gegeven met als doel de leverkanker te remmen en hiermee uw eventuele klachten te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren. Het onderzoek gebeurt in twee fasen: die noemen we pré-SIRT (het vooronderzoek) en de SIRT behandeling. De SIRT behandeling wordt in 1 of 2 keer verricht. U wordt voor zowel de pre-SIRT als de SIRT kort opgenomen.

Selectieve Interne Radiatie Therapie (SIRT) is een doelgerichte behandeling waarbij miljoenen kleine radioactieve bolletjes, microsferen genoemd, direct aan de levertumor worden afgegeven, om zo te proberen de groei van de tumor te remmen. Het toedienen van de microsferen wordt uitgevoerd door een interventieradioloog op de vaatkamer van de afdeling Radiologie. De nucleair geneeskundige, een specialist op het gebied van radioactieve stoffen, is ook betrokken bij de behandeling. Bij deze therapie wordt gebruikgemaakt van elementen die radioactieve straling uitzenden. Kankercellen zijn gevoelig voor bestraling.