Behandeling

Welke behandeling voor u het meest geschikt is, is afhankelijk van het stadium van de ziekte, uw algemene conditie en uw leeftijd. Ieder mens en elke ziekte is uniek en daarom kan van onderstaande behandeling altijd worden afgeweken. U bent zelf degene die beslist of u de voorgestelde behandeling wilt ondergaan.

  • Beenmerg is de zachte sponsachtige stof binnenin de botten. Stamcellen zijn primitieve, onrijpe bloedcellen die leven in het beenmerg. Stamcellen zijn in staat in een ander celtype te veranderen. Het zijn als het ware de moedercellen van alle cellen in het bloed en ze zorgen voor de aanmaak van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes. Na een proces van rijping worden deze bloedcellen aan het bloed afgegeven. De rode bloedcellen zorgen voor zuurstoftransport in het lichaam, de bloedplaatjes helpen het bloed te stollen, de witte bloedcellen beschermen tegen infecties. Al deze cellen zijn nodig voor het lichaam om te kunnen overleven.

    Bij een stamceltransplantatie worden stamcellen na een speciale voorbehandeling verzameld en bewerkt, om daarna via het infuus aan de patiënt te geven. Soms zijn die stamcellen van de patiënt zelf (autoloog), soms van een donor (allogeen). Stamceltransplantaties worden alleen op de verpleegafdeling gegeven.

    Lees meer

  • Chemotherapie is een vorm van systeemtherapie. Dat wil zeggen dat het een behandeling is die in het hele lichaam zijn werk doet. Chemotherapie is een behandeling met medicijnen (in infuus of tabletvorm) die we cytostatica noemen. Chemotherapie werkt doordat het een remmend effect heeft op de deling van cellen.

    Alle cellen in het lichaam delen zich om zich te kunnen vernieuwen. Kankercellen kennen een ongeremde groei. Zij delen zich sneller dan andere lichaamscellen en zijn daardoor ook gevoeliger voor de remmende werking van chemotherapie. Door de remming van celdeling kunnen tumoren niet meer groeien. Hierdoor gaan de cellen in de tumor dood en worden dan door het lichaam vernietigd. Doordat chemotherapie ook effect heeft op gezonde cellen, kunnen bijwerkingen ontstaan van chemotherapie.

    Bijwerkingen die kunnen voorkomen bij chemotherapie zijn onder andere haaruitval, vermoeidheid, bloedarmoede en maag-darmklachten. Ook op lange termijn kan er schade ontstaan ten gevolge van chemotherapie. Voorbeelden hiervan zijn onvruchtbaarheid, neuropathie (schade aan zenuwen met als gevolg tintelingen of een doof gevoel in de ledematen), vermoeidheid en concentratiestoornissen. Welke soort chemotherapie zal worden ingezet is onder andere afhankelijk van het type kanker en de leeftijd en conditie van de persoon bij wie de diagnose gesteld is. Welke behandelopties in uw situatie  te overwegen zijn, zal door uw arts met u worden besproken.

    Behandeling met chemotherapie vindt meestal plaats op het Dagcentrum Interne Ziekten of op de verpleegafdeling.

    Lees meer

  • Immuuntherapie is een vorm van systeemtherapie. Dat wil zeggen een behandeling die in het hele lichaam zijn werk doet. Deze behandeling zorgt ervoor dat het eigen afweersysteem kankercellen beter kan vernietigen.

    In de afgelopen jaren is immuuntherapie een van de belangrijkste ontwikkelingen in de behandeling van kanker. Bij sommige vormen van kanker heeft het geleid tot spectaculaire resultaten. Of u in aanmerking komt voor immuuntherapie is onder andere afhankelijk van het type kanker en de leeftijd en conditie van de persoon bij wie de diagnose gesteld is. Indien u hiervoor in aanmerking komt, zal dit door uw arts met u worden besproken.

  • CAR-T cel therapie is een behandeling tegen kanker. Eigen cellen worden uit het lichaam gehaald. Daarna worden ze bewerkt zodat ze de kankercellen gaan opruimen. De behandeling is nieuw en wordt alleen in gespecialiseerde centra aangeboden. Maastricht UMC+ voert deze behandeling uit voor patiënten met een grootcellig B-cel lymfoom (DLBCL).

    CAR-T cel therapie gaat uit van uw eigen T-cellen. T-cellen zijn witte bloedcellen. Ze spelen een belangrijke rol in het afweersysteem. Ze kunnen beschadigde cellen aanvallen en opruimen. De T-cellen worden uit het bloed gefilterd. De bloedcellen gaan naar het laboratorium. Daar krijgen ze een stukje genetisch materiaal. Dit noemen we het CAR-gen. De T-cellen zijn nu veranderd in CAR-T cellen. Het CAR-gen zorgt voor een antenne op de T-cellen. Hierdoor kunnen ze een tumorcel herkennen. In het lichaam zijn ze dan beter in staat om de kankercellen aan te vallen en op te ruimen. CAR-T cel therapie wordt enkel op de verpleegafdeling gegeven.

    Lees meer

  • Als er sprake is van geen of weinig (ernstige) klachten en zijn bloedwaardes nog acceptabel? Dan kan de hematoloog u voorstellen om te wachten met behandelen. U blijft wel onder controle van de hematoloog en zodra er iets verandert in uw situatie wordt opnieuw bekeken of de start van de behandeling wel of niet zinvol is.

Sluit de enquête